Zilveren Griffel

Der Zilveren Griffel (Silberner Griffel) i​st ein niederländischer Literaturpreis, d​er seit 1971 jährlich v​on der Stichting Collectieve Propaganda v​an Het Nederlandse Boek für Kinderbücher verliehen wird. Im Gegensatz z​um Gouden Griffel k​ann er a​uch für a​us anderen Sprachen übersetzte Bücher verliehen werden.[1]

Preisträger (Auswahl)
  • 1972
    • Paul Biegel für „De twaalf rovers“, dt.: Die zwölf Räuber. Thienemann, Stuttgart 1973, ISBN 3-522-11890-1.
    • Otfried Preußler für Die Abenteuer des starken Wanja
    • Roald Dahl für „De fantastische meneer Vos“
  • 1979
  • 1980
    • Shirley Hughes für „Knuffel“
  • 1988
    • Paul Biegel für „De Rode Prinses“, dt.: Die rote Prinzessin. Omnibus, München 1996, ISBN 3-570-20035-3
    • Guus Kuijer für „Tin Toeval“ (Teil 1 en 2)
  • 1990
    • Anthony Browne für „De tunnel“
    • Klaus Kordon für „Moenli en de moeder van de wolven“ (Wie Spucke im Sand)
    • Toon Tellegen für „Langzaam, zo snel zij konden“
    • David Macauley für „Over de werking van de kurketrekker en andere machines“
  • 1993
    • Simone Schell für „Marie Pouceline of de Nicht van de Generaal“
    • Klaus Kordon für „Met je rug tegen de muur“ (Mit dem Rücken zur Wand)
  • 1995
  • 1998
    • Wolf Erlbruch für „Mevrouw Meijer, de merel“ (Frau Meier, die Amsel)
  • 2000
    • David Almond für „De schaduw van Skellig“ Zeit des Mondes
  • 2008
    • bis 6 Jahre: Sjoerd Kuyper, „Sjaantje doet alsof“ und Edward van de Vendel, „Eén miljoen vlinders“
    • ab 6 Jahre: Wolf Erlbruch, „De eend, de dood en de tulp“ und Maria Parr, „De wonderlijke lotgevallen van Olle en Lena“
    • ab 9 Jahre: Timothée de Fombelle, „Tobie Lolness. Op de vlucht“ und Jan Michael, „Op weg naar huis“
    • Sebastian Meschenmoser für „Mijnheer Eekhoorn en de eerste sneeuw“ (Herr Eichhorn und der erste Schnee)
    • Harriët van Reek für „Letterdromen met Do“
  • 2010
    • Bibi Dumon Tak für „Fiet wil rennen“
    • Marjet Huiberts für „Aadje Piraatje“
    • Gerda Dendooven für „Hoe het varken aan zijn krulstaart kwam“
    • Daan Remmerts de Vries für „Voordat jij er was“
    • Gideon Samson für „Ziek“
    • Tjibbe Veldkamp für „Tiffany Dop“
    • Ditte Merle für „Wild verliefd“
    • Liesbet Ruben und Babette van Ogtrop für „De parel en de draak“
    • Ted van Lieshout für „Hou van mij“
    • Edward van de Vendel für „Fluit zoals je bent“
  • 2011
    • Kitty Crowther für „En?“
    • Imme Dros für „Het boeboek“
    • Marjet Huiberts für „Roodkapje was een toffe meid“
    • Michael de Cock für „Hoe oma almaar kleiner werd“
    • Simon van der Geest für „Dissus“
    • Michael de Cock für „Vliegen tot de hemel“
    • Kinderuniversiteit van Tilburg für „Ik! Wie is dat?“
    • Daan Remmerts de Vries für „Meneer Kandinsky was een schilder“
    • Bette Westera für „Ik leer je liedjes van verlangen, en aan je apenstaartje hangen“
    • Edward van de Vendel für „Hoera voor Superguppie!“
  • 2014
    • Jean Reidy für Wij samen op stap
    • Bette Westera für Held op sokken
    • Jef Aerts für Groter dan een droom
    • Stian Hole für Garmanns straat
    • Jef Aerts für Vissen smelten niet
    • Emiel de Wild für Broergeheim
    • Hans und Monique Hagen für Ik zoek een woord
    • Gil vander Heyden für Kleine stemmen
    • Jan Paul Schutten für Het raadsel van alles wat leeft
  • 2015
    • Drew Daywalt für De krijtjes staken!
    • Daan Remmerts de Vries für Soms laat ik je even achter
    • Håkon Øvreås für Bruno wordt een superheld
    • Sylvia Vanden Heede für Een afspraakje in het bos
    • Sjoerd Kuyper für Hotel De Grote L
    • Dirk Weber für De goochelaar, de geit en ik
    • Stine Jensen für Lieve Stine, weet jij het?
    • Annet Huizing für Hoe ik per ongeluk een boek schreef
    • Bette Westera für Doodgewoon
  • 2017
    • Bibi Dumon Tak für Siens hemel (Tot zes jaar)
    • Maranke Rinck für Tangramkat (Tot zes jaar); de illustrator van dit boek Martijn van der Linden kreeg een Zilveren Penseel
    • Martine Letterie für Kinderen met een ster (Vanaf zes jaar)
    • Koos Meinderts für Naar het noorden (Vanaf zes jaar)
    • Anna Woltz voor Alaska (Vanaf negen jaar)
    • Daan Remmerts de Vries für T.rex Trix in Naturalis (Informatief)
    • Bette Westera für Baby'tje in mama's buik (Informatief)
  • 2018
    • Pim Lammers für Het lammetje dat een varken is (Tot zes jaar). Illustrationen von Milja Praagman.
    • Tjibbe Veldkamp für Handje? (Tot zes jaar). Illustrationen von Wouter Tulp
    • Joke van Leeuwen für Toen ik (Vanaf zes jaar)
    • Marit Törnqvist für Het gelukkige eiland (Vanaf zes jaar)
    • Annet Schaap für Lampje (Vanaf negen jaar). Auch ausgezeichnet mit dem Gouden Griffel.
    • Suzanne Wouda für Sabel (Vanaf negen jaar)
    • Joukje Akveld für Wij waren hier eerst (Informatief). Illustrationen von Piet Grobler.
    • Annet Huizing für De zweetvoetenman (Informatief). Illustrationen von Margot Westermann.
    • Bette Westera für Was de aarde vroeger plat? (Poëzie). Illustrationen von Sylvia Weve.
    • Edward van de Vendel für De zombietrein (Poëzie). Illustrationen von Floor de Goede.
  • 2019
    • Mac Barnett für De wolf, de eend en de muis (Tot zes jaar). Illustrationen von Jon Klassen. Übersetzer: Edward van de Vendel.
    • Oliver Jeffers für Die eland is van mij (Tot zes jaar). Übersetzer: Berd Ruttenberg.
    • Dolf Verroen für Droomopa (Van zes tot negen jaar). Illustrationen von Charlotte Dematons.
    • Edward van de Vendel für Vosje (Van zes tot negen jaar). Für die Illustrationen bekam Marije Tolman einen Zilveren Penseel.
    • Jef Aerts für De blauwe vleugels (Van negen tot twaalf jaar). Illustrationen von Martijn van der Linden.
    • Gideon Samson für Zeb (Van negen tot twaalf jaar). Für die Illustrationen bekam Joren Joshua einen Zilveren Penseel.
    • Bart Moeyaert für Tegenwoordig heet iedereen Sorry (van twaalf tot vijftien jaar)
    • Susin Nielsen für Het ongemakkelijke dagboek van Henry K. Larsen (van twaalf tot vijftien jaar). Übersetzerin: Lydia Meeder.
    • Jan Paul Schutten für Het mysterie van niks en oneindig veel snot (Informatief). Illustrationen von Floor Rieder.
    • Arend van Dam für De reis van Syntax Bosselman (Informatief). Illustrationen von Alex de Wolf.
    • Bibi Dumon Tak für Laat een boodschap achter in het zand (Poëzie). Illustrationen von Annemarie van Haeringen.
    • Maria van Donkelaar für Zo kreeg Midas ezelsoren (Poëzie). Illustrationen von Sylvia Weve.
  • 2020
    • Jan Jutte für Tijger (Tot zes jaar)
    • Koos Meinderts für De man met de zeegroene ogen (Tot zes jaar). Illustrationen von Sanne te Loo.
    • Bette Westera und Sylvia Weve für Dit is geen Cobra (Van zes tot negen jaar)
    • Wouter Klootwijk für Naar de overkant (Van zes tot negen jaar). Illustrationen von Enzo Pérès-Labourdette.
    • Dolf Verroen für Niemand ziet het (Van negen tot twaalf jaar). Illustrationen von Charlotte Dematons.
    • Simon van der Geest für Het werkstuk – of hoe ik verdween in de jungle (Van negen tot twaalf jaar). Illustrationen von Karst-Janneke Rogaar.
    • Sjoerd Kuyper für Bizar (Van twaalf tot vijftien jaar)
    • Neal Shusterman und Jarrod Shusterman für Dor (Van twaalf tot vijftien jaar). Übersetzt von Lydia Meeder.
    • Bette Westera für Uit elkaar (Poëzie). Für die Illustrationen bekam Sylvia Weve einen Zilveren Penseel.
    • Edward van de Vendel für Wat je moet doen als je over een nijlpaard struikelt (Poëzie). Für die Illustrationen bekam Martijn van der Linden einen Zilveren Penseel.
    • Annemiek de Groot, Roos Jans, Juul Lelieveld und Liesbeth Rosendaal für Toen het oorlog was, 1939-1945 (Informatief). Illustrationen von Irene Goede.
    • Floortje Zwigtman für Het geheime boek van Sinterklaas (Informatief). Illustrationen von Sassafras De Bruyn.

Siehe auch

Einzelnachweise
  1. Von ‚Griffeln’, ‚Penselen’ und ‚Zoenen’ - Kinderliteraturpreise in den Niederlanden auf uni-muenster.de.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. The authors of the article are listed here. Additional terms may apply for the media files, click on images to show image meta data.